1440 tepels per dag betasten - Reisverslag uit Felton East, Australië van Sander Griffioen - WaarBenJij.nu 1440 tepels per dag betasten - Reisverslag uit Felton East, Australië van Sander Griffioen - WaarBenJij.nu

1440 tepels per dag betasten

Door: Sander Griffioen

Blijf op de hoogte en volg Sander

01 November 2011 | Australië, Felton East

Ik leef nog! Misschien is dat wel het allerbelangrijkste dat ik in dit verhaal te melden heb. Want wat is het lang geleden dat ik wat van me heb laten horen. Te lang! Ik verliet jullie gedachtengoed met een dilemma. Ik kon op rondreis door Australië met een festival tot midden oktober, en ik had nog een andere baan op de korrel. Ik heb er een aantal dagen over na moeten denken, maar het is uiteindelijk die andere baan geworden. De titel verraadt het misschien al een beetje. Ik sta nu dus elke morgen rond vier uur op om 360 koeien te ontdoen van hun opgebouwde melk.

Het had nogal wat voet in de aarde om aan de slag te gaan. Ik moest namelijk eerst op sollicitatiegesprek komen. Nu zal je je waarschijnlijk afvragen waarom dat nou zo’n groot probleem is. Nou, het is niet zoals in Nederland even op de bus stappen en een half uur later op de plek van bestemming aankomen. Nee, in dit geval moest ik letterlijk in de “middle of nowhere” acte de préséance geven. De boerderij is ongeveer 200 kilometer buiten Brisbane gevestigd. Er gaat wel een bus, maar die bereikt de boerderij niet. Ik besloot daarom voor één dag een auto te huren en er een dagje uit van te maken. Ik was ten slotte Brisbane ook wel een beetje zat. Ik blijf toch uiteindelijk die eenvoudige plattelandsjongen uit Lopik.

Een beetje zenuwachtig was ik wel. Ik had immers nog nooit aan de linkerkant van de weg gereden en ook het stuur zit aan de andere kant. Het was net alsof ik voor het eerst zonder de handen van mijn vader op de fiets stapte. Ik besloot daarom maar de allerhoogste verzekering af te sluiten. De locatie van vertrek was ook niet ideaal. Het liefst start je ergens buiten de stad, maar deze, lui aangelegde man, besloot, in het centrum van een miljoenenstad, zijn eerste schreden te zetten aan, zo vind ik nog steeds, de verkeerde kant van de weg. Met natte oksels draaide ik dan ook de openbare weg van Brisbane op. Om het mezelf nog wat gemakkelijker te maken had ik een navigatiesysteem gehuurd. Zelfs dan is het nog moeilijk. Continue moet je nadenken, waar het in Nederland op de automatische piloot gaat: “hier een lange bocht, daar een korte bocht, rotonde linksaf en naar rechts kijken als je aan komt rijden”. Gelukkig wordt het op de snelweg allemaal wat makkelijker. Alleen is het hier natuurlijk de bedoeling dat je zoveel mogelijk links blijft rijden, waar het inhaalverkeer de rechterbanen gebruikt. Ik besloot dan ook om dat concept dan maar aan te houden. Ik reed dus zoveel mogelijk links. En hoe verder ik de “outback”, het platteland van Australië, inreed hoe makkelijker het allemaal werd. Ik genoot, terwijl het land om mij heen droger en ruiger werd.

Na zo’n twee uur rijden kwam ik dan aan bij de boerderij. Een allervriendelijkste man begroette me met “I want you here”. Binnen een paar seconden had hij me bekeken en kennelijk goed genoeg bevonden. Ook wel eens leuk om te weten dat ik dat uitstraal. Rowan Mengel, de boer, leidde me rond op zijn enorme eigendom. Waar we in Nederland schuren hebben waar de koeien op stal kunnen staan, daar is er op zijn boerderij alleen een overkapping op de plek waar de koeien gemolken worden. De 360 koeien, die elke dag de “dairy” passeren waren in geen velden of wegen te bekennen. Ergens ver weg, zo vertelde de boer, stonden ze te grazen. Waar ze in Nederland netjes afgekaderde stukjes land begrazen, daar worden ze in Australië ergens ver weg gestald om dat ene stukje groen kaal te plukken. Na wat gebabbel over verschillen tussen het Nederlandse en Australische platteland keerde ik terug naar Brisbane met een opdracht. Ik moest een auto zien te kopen en ook een onderkomen ergens in de buurt van mijn toekomstige werkplek te vinden.

Daar was ik dan ook die hele week, die daarop volgde, mee bezig. Ik zocht zo’n beetje alle car dealers in Brisbane af op zoek naar een degelijke en goedkope, maar stoere auto, die me de aankomende maanden de vrijheid moest geven waar ik naar op zoek was. Een onderkomen had ik snel gevonden. Op aanraden van de boer huurde ik een caravan in Pittsworth, zo’n 25 kilometer bij mijn werkplek vandaan. De auto was een moeilijker verhaal. Er zijn namelijk nogal wat regels verbonden aan de koop van een vervoersmiddel hier in Australië. Als je zo’n voertuig koopt, dan moet je eerst een “roadworthy”, soort APK, halen en als dat dan eenmaal gebeurd is moet er een “REGO”, soort van wegenbelasting, op. Aangezien ik nou niet bepaald aan de buitenkant van een auto kan zien of het geschikt is voor het verkeersbeeld in Australië, heb ik op een gegeven moment maar een gok genomen. Ik kocht bij een, mijns inziens, sjacheraar een mooie Mitsubishi Magna met V6 motor. Want zo had ik mezelf voorgehouden, in Australië rij je met groot materiaal in de rondte. Best een stoer bakkie. De auto kostte me slechts 1000 dollar, maar daar begint het pas. Op naar de Roadworthy. Ik reed naar de dichtstbijzijnde beunhaas om de hoek en liet mijn auto daar bekijken. Daar gaan we dan: “banden, niet goed, wielophanging, niet goed, claxon, niet goed, remmen, niet goed”. Al met al kostte me dat nog eens 500 dollar. Viel me nog niet eens tegen. Ik kon de volgende dag terugkomen om mijn toekomstig “stuk mobiliteit” op te halen en naar de REGO te brengen.
Toen ik de volgende dag echter voor de deur stond zaten er nog geen wielen onder. Nou ben ik zelf geen automonteur, maar ik kan nog net wel bedenken dat 4 wielen van essentieel belang zijn om de weg op te kunnen. Ze hadden de banden niet op voorraad. Potjandokie. Ik had er zo naar uitgekeken om in mijn nieuwe aanwinst weg te rijden, krijg ik dat voor mijn kiezen. Ze konden er wel banden onder leggen, maar dan zouden dat splinternieuwe zijn van zo’n 150 dollar per stuk. Dus niet de banden zoals ze me die hadden beloofd, van zo’n 40 dollar per stuk. Er zou dus nog 400 dollar bij de prijs komen. Het kookpunt was voor de zoveelste keer deze reis bereikt. Ik herinnerde daarom de man dat hij me had beloofd dat ik voor 500 dollar de garage uit kon rijden, en dat de banden dus zijn probleem waren en niet de mijne. Hij zou nog wat belletjes plegen en mij weer bellen als hij een oplossing had gevonden. Twee dagen later was het dan zover. Hij had kennelijk ergens vier gebruikte sloffen op de kop getikt en ik kon mijn auto dan eindelijk ophalen. Op naar de volgende stap in het aanschaffen van een auto, de REGO.

Voor de REGO moet je naar een overheidskantoor ergens midden in de stad. Je betaalt in Australië namelijk geen belasting per maand, maar vooraf voor een bepaalde periode. Bij het kantoor krijg je tevens je kentekenplaten. Heel anders allemaal dan in Nederland. Ik kwam, net voor sluitingstijd, aan bij het kantoor. Gelukkig kon ik nog net naar binnen. Net als in Nederland, dat dan weer wel, moet je, zoals zo vaak bij overheidsinstellingen, een nummertje trekken en wachten tot je een ons weegt. Twee uur later, dus ver over sluitingstijd, stond ik dan eindelijk oog in oog met de vrouw die mij de wegpermissie moest verschaffen. Ik gaf rijbewijs, internationaal rijbewijs, paspoort, roadworthybewijs en aanschafsbewijs en hoopte snel een reactie met het toeschuiven van de oh zo gewilde kentekenplaten. Maar nee, ook in Australië is het bureaucratie ten top. Ik moest een bewijs van onderkomen tonen en een medische verklaring. Nou ben ik natuurlijk al jaren niet helemaal honderd, maar ook daar heb ik geen bewijs van. Het bewijs van onderkomen was geen probleem, dat betekende gewoon een bonnetje van het appartement waar ik destijds verbleef.

Helaas voor mij die dag dus geen REGO. En hoe kon ik in hemelsnaam een medische verklaring op de kop tikken? Naar een dokter gaan? Dat zou me nogmaals een aantal dagen en geld kosten. Ik besloot daarom maar een gok te wagen met mijn vaccinatieboekje. In het Engels staat er namelijk wel iets van medisch op, dus wie weet trappen ze er in, zo dacht ik. En ja hoor. De volgende dag, na nog eens 500 dollar had ik mijn kentekenplaten te pakken. “Sukkels!!” Soms moet je inventief zijn zullen we maar zeggen. Ik was dus eindelijk de trotse bezitter van een goedgekeurde auto met Australische platen met daarop “638 RSS, Queensland, Sunshine State”. Toch wel stoer!

Drie dagen later liet ik de bewoonde wereld dan echt voor 3,5 maand, tot eind december, achter me. Opnieuw genoot ik. Eindelijk had ik voor 3,5 maand de zekerheid van wat me te doen zou staan. Geen “stress” over waar ik de volgende dag weer zou slapen of moest doen, nee, nu zou het eindelijk voor me worden bepaald.

Op mijn eerste werkdag werd ik gelijk voor de leeuwen geworpen, 360 koeien melken. Eerst op de quad (voor de leken, een motor op vier wielen) de koeien ophalen en dan, zoals de titel al verraadt, de machines aan de tepels hangen. Het ging me niet slecht af. Zo moeilijk is het niet. Wel is het ongelooflijk hoeveel uitwerpselen je om de oren vliegen. Waren koeien maar wat meer als katten; kuiltje graven, deponeren en begraven. Het lijkt soms haast alsof ze met elkaar afspreken alles op te sparen en dan vol gas te geven als het moment van melken daar is. In het begin ga je zowat van je stokje van de lucht, maar na een aantal dagen ruik je het al niet meer. Waarschijnlijk ruik ik heden ten dage net zo smerig als de koeien zelf.
Tussen het melken door rij je hier op de tractor in de rondte, benevel je het onkruid met gif en help je allerhande met alle andere klussen op de farm.

Na een maand werken bood de boer me aan om in een huis te wonen vijf minuten buiten de boerderij. Het zou me 70 dollar per week kosten in plaats van de 140 dollar die ik betaalde voor de caravan. En alles goed en aardig. Een huis is toch net wat comfortabeler dan een caravan omgebouwd tot keet. Uiteraard ging ik op het aanbod in. Voor het eerst in 7 maanden tijd had ik een heel huis voor mezelf. Geen kleine hotelkamertjes, hostels of andere accommodatie van minder dan 12 vierkante meter meer, maar een heel huis. Badkamer, toilet, keuken, woonkamer, studeerkamer, slaapkamer. Het was allemaal van mij. Als er een andere backpacker zou komen, dan moest ik het huis wel delen, maar ook dat zie ik niet als een probleem. Juist wel gezellig om in the middle of nowhere iemand te hebben waar je tegen aan kunt praten.
In de tussentijd had ik al aardig wat centen verdiend. Zeker omdat ik op een gegeven moment 23 dagen achter elkaar aan het werk was. Mijn collega Angelo was op vakantie en een andere collega hield het al na 6 dagen voor gezien. De figuren die daarna op de boerderij kwamen werken, vonden allen hun Waterloo na enkele dagen. De één kwam niet eens opdagen op zijn eerste dag, de ander werd al ontslagen na een paar uur werk en nog een ander wilde graag werken, maar was vanaf dag 1 ziek, en is inmiddels huiswaarts gekeerd. In de tussentijd hielden mijn collega, Andrew, en ik de boerderij overeind. Toen Andrew ook nog eens ziek werd, moest ik het allemaal in mijn eentje opknappen. Ook ik voelde me niet optimaal, maar als ik me ook nog eens terug zou trekken, zou er helemaal niet meer gemelkt worden.
Inmiddels is Angelo teruggekeerd van zijn vakantie en woont er een Duitser, Valentine, samen met mij in het huis om de hoek van de boerderij. Het is iemand waar ik heel goed mee op kan schieten, en dat voor een oosterbuur.
Ik werk nu 4 dagen en heb dan 2 dagen vrij, waarvan ik er één beschikbaar heb om bij te klussen op de boerderij. Zo ga ik morgen stenen oprapen. Ik heb dat altijd al als een roeping gezien. Het is vol te houden omdat ik weet dat op 22 december Arie, een vriend uit Lopik, zijn gezicht zal laten zien om met mij dit immense land te verkennen. Tot die tijd werken bij de boer. En dat is zeker niet verkeerd!

  • 01 November 2011 - 06:58

    Boer A:

    wie is arie nou weer elke keer die nieuwe namen

  • 01 November 2011 - 07:51

    Adri Traa:

    Het blijft leuk je reisbelevenissen te lezen.
    Een paar maanden koeien melken lijkt me wel grappig, je gaat nu het betere weer tegemoet. Wij gaan hier de winter in.
    Mestlucht was je weg met koud water.

  • 01 November 2011 - 15:15

    Farmer Jay:

    Goed voorbeeld heeft kennelijk goed doen volgen... ouwe tepeltrekker :-)

    Zet er nog maar een paar foto's op, das altijd leuk....

    Mzls Jouri

  • 01 November 2011 - 17:00

    Thijs Paulisse:

    Hallo Sander goed te horen dat het goed gaat. De tijd gaat snel, ik weet de dag nog dat jij aan jouw avontuur begon. Ik ben natuurlijk een trouwe lezer van jouw gave schrijfstijl. Volhouden en veel mooie momenten daar. Groetjes. Thijs

  • 01 November 2011 - 20:36

    Karin :

    Fijn eindelijk weer wat te lezen!! Stoer bakkie hoor! Nog even doormelken en daarna heerlijk weer reizen down under! Ben benieuwd hoe je dat gaat vinden. Snel weer skypen??? En kun je je adres nog een keertje mailen???

    Veel plezier nog daar!!

  • 01 November 2011 - 20:37

    Hoi Sander:

    Als je stopt bij de boer dan kun je waarschijnlijk geen tepel meer zien, wel jammer voor de dames natuurlijk.
    Nooit geweten dat ik een zoon had die zich het melken van een enorm aantal koeien eigen zou maken, en naar eigen zeggen ook nog met plezier dit werk doet.
    Ik ben eigenlijk toch wel een beetje trots op mijn jongste zoon.
    Natuurlijk wordt het werk leuker met gezellige collega's en werkgever.
    Wat een gehannes voordat je daar met een auto de weg op mag, bijna nog erger dan hier in Nederland.
    Tot slot nog even een taalfout onder je neus wrijven, de verleden tijd van melken is gemolken. (mierenneu......)
    Heel veel plezier en eigenlijk zou ik je wel eens in de melkput willen zien staan.
    Je weet maar nooit.

    Groeten Pa

  • 01 November 2011 - 21:06

    Erik Steeghs:

    Wow! Heb in een eerder leven geiten gehouden. Kan me we wel iets voorstellen bij het boerenleven, melken, stront, etc. Mooi dat je zo je geld verdiend. Geniet van je schrijfsels! Groeten, keep up the good work.

  • 02 November 2011 - 00:44

    Fred Vijn:

    Sander, wat leuk weer iets over je te lezen. Ik sta paf, dat je dat melken doet. Het ga je goed.......

  • 03 November 2011 - 07:32

    Lisette:

    Hallo Sander, fijn om wat van je te horen. En nog mooier is het dat het goed met je gaat. Zo te lezen doet het boeren leven lekker buiten in de "frisse lucht" je goed. Krijgen we nog een foto te zien van jou en de dames.
    Veel plezier en we horen wel weer van je. Groeten Lisette (de buuf).

  • 03 November 2011 - 10:48

    Brenda:

    Hee Sander,
    Jeuh, een update! Al hoorde ik je zaterdag natuurlijk ook bij Jeroen en zelfs even gespot op de webcam. Geweldig wat je doet en wat je plannen zijn. De smaak goed te pakken dus! Ik ben zelf wél helemaal verliefd op Oz (maar heb ook niet op het platteland gezeten, dus weet niet hoe het daar is) en zou je zeker adviseren om de Whitsunday Islands te bezoeken met een zeilboot en dan met de Summertime (mooi zeiljacht, kleine groep, geen zuippartijen en veel activiteiten). Ook kamperen op Fraser Island is een hele belevenis en mooi, Noosa en Byron Bay zijn hele leuke plaatsjes om te vertoeven (surfles nemen!), Sydney is een fantastische stad, Melbourne ook trouwens. De kust tussen Sydney en Melbourne is niet zo boeiend, die tussen Cairns en Sydney juist heel erg. De Great Ocean Road een stukkie doen (voorbij Melbourne) is ook echt een aanrader. Hopelijk redt je auto het nog! En anders is een hop on hop off-ticket op de Greyhound ideaal en betaalbaar ;-)
    Benieuwd hoe de rest van Oz je bevalt! Zelf vond ik Brisbane niet zo boeiend. Maarja, smaken verschillen he? ;-)

    Vind het superstoer hoe je 't allemaal aanpakt, geniet er nog maar lekker van. Nieuw-Zeeland is oogverblindend mooi btw, maar Zuid-Amerika lonkt natuurlijk ook... Veel plezier nog en werkze op de boerderie! Groetjes, Brenda

  • 05 November 2011 - 18:51

    Tante Ineke:

    Sander, hard werken en daarna weer reizen! mooie auto hoor...
    Mooi verslag weer bedankt en we blijven je volgen, succes, Tante Ineke en Oom René.

  • 06 November 2011 - 21:22

    Patrick:

    Ha broer boer!! Nooit geweten dat je zulke verborgen talenten had :) Zit het toch nog ergens in de genen!! Leuk verhaal weer, voor je het weet heb je het uit. Kijk nu alweer uit naar het vervolg! Geniet ervan!!

    Groeten, broer

  • 08 November 2011 - 01:23

    Oncle:

    Geweldig verhaal Sander. Ik had express gewacht met lezen ervan tot na de Utrecht-Ajax "wedstrijd" om iets te kunnen hebben om me weer vrolijk mee te maken als het weer mis zou gaan. Nou je weet het, het was erg hard nodig. Dat (opvrolijken) is gelukt hoor, alhoewel het toch weer allemaal als een kwade droom door me heen vliegt als ik even niet aan jouw avontuur denk. Blijf nog maar lekker flink lang weg want het komt voorlopig niet meer goed daar met de 020 jongens.

  • 14 November 2011 - 05:55

    Lost In Translation:

    G'day Sander, I 'google translated' your page and backwards some phrases it was. Sounded like Yoda from Star Wars it did. Still, I understood what you meant.
    I think you should tell everyone about the shenanigans (Australian for mischievous fun) we get up to in the dairy.
    DIck Van Cock is big Down Under!
    Andrew.

  • 21 November 2011 - 21:18

    Markiemark:

    Sander!
    Wat een held. Gewoon op een boerderij gaan werken aan de andere kant van de wereld. Soms moet je blijkbaar ver reizen om je roeping te vinden. *kuch*
    Nee geintje. Slim dat je dit aangepakt hebt. Lekker een vaste stek en zekerheid tot je eind september het reizen weer oppakt.

    Geniet ervan en werkse!

    Mark

    Ps: toffe bak heb je gekocht!
    Ps2: dacht in de snelheid MengelE te lezen. Leek me al zo'n dubieuze boerderij.. ;)

  • 28 April 2012 - 10:31

    Tijs:

    Stenen rapuh! Das de uitdaging van je leven

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Felton East

Sander

Hoi allemaal, Leuk dat je mijn capriolen buiten de Nederlandse landsgrenzen gaat volgen. Eens in de zoveel tijd zal ik middels verhalen op dit blog vertellen hoe het met me gaat en wat ik allemaal meemaak op reis. Daarnaast kunnen jullie volgen of mijn psyche het aankan om alleen rond de wereld te zwerven. Voor degenen die nog niet precies op de hoogte van mijn plannen zijn, hier even in het kort het “plan de campagne”. Het is de bedoeling om over land naar Singapore te reizen, om daar het vliegtuig te pakken naar Australië. Zo’n 15.000 kilometer door de mooiste bossen, de droogste woestijnen en over de hoogste bergpassen. Wil jij weten wat mijn route zal zijn? Blijf me dan volgen!

Actief sinds 22 Maart 2011
Verslag gelezen: 1303
Totaal aantal bezoekers 86052

Voorgaande reizen:

25 Maart 2011 - 23 Juni 2012

Zo min mogelijk vliegen!

Landen bezocht: