Op weg naar de evenaar
Door: Sander Griffioen
Blijf op de hoogte en volg Sander
28 Mei 2011 | Vietnam, Hué
En als je in Vietnam over massatoerisme spreekt, dan is die in volle glorie aanwezig. Heel anders dan in China, waar je sporadisch eens een toerist uit het westen tegenkomt. Het gekke is dan wel dat je juist dan contact maakt met elkaar. Je trekt heel snel naar elkaar toe. Dat is hier in Vietnam net wat anders. De mensen zijn wat stoïcijnser, misschien zelfs wat asocialer.
Vietnam is duidelijk ontdekt door de toerist. En de locals, die veranderen doordat ze geld kunnen verdienen aan die rijke westerling. Heel logisch allemaal, maar het trekt wel de angel uit waar het nu juist om gaat, het echte Vietnamese leven. In China heeft het massatoerisme op vrij veel plekken nog niet zo’n vlucht genomen. En dat is nou juist wat me zo aantrok. Ik kan er niks aan doen dat ik me iedere keer weer afvraag of datgene ik zie er ook zou zijn als er geen toerisme zou zijn.
Maar ik was gebleven bij de nachttrein van Hanoi naar Hue, ongeveer het midden van Vietnam. Het was één van de meest luxueuze treinen tot nu toe. Airco, een goed bed, stroom en echt schoon linnengoed, want daar schort het nog weleens aan in treinen. Gelukkig heb ik een lakenzak, dus ook dat is nog wel te overzien.
De trein vertrok om 19.00 uur vanaf Hanoi. Vooral het eerste deel door Hanoi was speciaal. Zelden heb ik huizen zo dicht op de rails zien staan. We reden letterlijk door de achtertuintjes van mensen die langs het spoor wonen. De trein bleef maar toeteren voor mensen die op het spoor liepen en toen we eenmaal buiten de hoofdstad waren, waren het de koeien die plaats moesten maken voor het rijdend stuk ijzer.
Mijn lichaam gaf rond een uur of negen de strijd om wakker te blijven al op. Gelukkig is het bed in de trein nooit ver weg. Het was denk ik de tol die ik moest betalen voor een hele dag biscuitjes eten en water drinken. Het was de zwaarste dag reizen tot dan toe.
De volgende morgen werd ik nog niet heel veel beter wakker. Gelukkig was ik al bijna in Hue en kon ik snel op zoek naar een hotel. Ik had besloten die hele dag niks anders te doen dan water met zoutoplossing drinken en wit brood eten. Het maagje zou ook niet veel anders dan dat accepteren. Samen met een 50-jarige, zwaar zwetende Australiër liep ik het centrum in op zoek naar een goed onderkomen. De 50-jarige man zal nog vaker in mijn verhalen voorkomen, want ik ben hem al zeker vier keer tegen het lijf gelopen, en dat is een fors lijf!
Ik vond een eenpersoonskamer voor 8 dollar per nacht. Ik had ook echt geen zin om in een hostel te zitten in de fysieke gesteldheid die ik op dat moment had. Ik plofte neer op het bed en viel direct in slaap. Helaas kan ik over die dag niet vertellen over alle prachtige dingen die Hue herbergt. Wel kan ik vertellen dat de hotelkamer zo’n 12 vierkante meter bedraagt, het een raam heeft, een tv met National Geographic Channel en een douche waar, na wat gemuts, warm water uitkwam.
De volgende dag ging het al een stuk beter. Ik voelde me alleen zo zwak als een vloeitje. Maar het werd toch echt weer eens tijd om een goed stuk eten naar binnen te werken. Het werd, voor de verandering, een stuk wit brood, ei en fruit. Het maagje was stiekem wel blij met de verandering van spijzen. Ik besloot daarom rustig de motor op te starten en de oude stad van Hue te bekijken. Het was die dag bloedheet, 38 graden. Niet bepaald de beste temperatuur om de draad weer op te pakken, maar ach, je moet wat! Je kan niet eeuwig naar National Geographic Channel blijven kijken, hoe gaaf dat ook is!
De oude stad is schitterend. Hue is de oude hoofdstad van een deel van het huidige Vietnam. De keizers die in het verleden de scepter zwaaiden hebben er dan ook alles aan gedaan om de hoofdstad een parel te maken in het landschap. Helaas is er in de Vietnamoorlog veel van al dat moois verloren gegaan. Op iedere beschrijving staat zo’n beetje te lezen ‘was destroyed during te war’. Een redelijk gedeelte is gerestaureerd en zo is nu toch nog een redelijke impressie te zien van hoe de stad er zo’n 200 jaar geleden uit moet hebben gezien.
Na 3 uur, badend in het zweet, te hebben rondgelopen, waren de krachten in mijn lichaam alweer verdwenen. Gauw terug naar het hotel en dus toch maar National Geographic opzetten. Zeiknat, dit keer niet van de regen, kwam ik terug bij het hotel waar ik voor de tweede keer die dag maar weer een douche nam. Douchen is echt zo fijn op dat soort dagen. Zodra je de douche uitzet ben je eigenlijk alweer een vies mannetje, voor je gevoel dan. De hele dag onder de douche staan is ook zo wat, maar het is wel een paar keer door mijn hoofd geschoten.
De volgende dag was het een stuk beter uit te houden in Hue. De temperatuur was gedaald van een onleefbare 38 graden naar een “schappelijke” 33 graden. Het is maar een paar graden verschil, maar toch, die paar graden maken dat de waterval die de dag ervoor door mijn bilnaad liep gereduceerd werd tot een kabbelend beekje. Verdere details bespaar ik.
Het was duidelijk een geschikte dag om eens een kijkje buiten de stad te nemen. Al dagen zat ik eraan te denken om eens, net als een local, op een brommer door het landschap te scheuren. Het hotel, waar ik verbleef, verhuurde van die scheurijzers en het koste me slechts 3 euro om er één voor een halve dag te huren. In mijn 28-jarig bestaan heb ik nog nooit op een tweewieler met motor gezeten. Het was dus wel even wennen. Alles moesten ze aan me uitleggen. Zo geef je gas, zo rem je en zo start je het apparaat.
De vrouw die het aan mij verhuurde had er duidelijk weinig fiducie in de brommer ooit nog heel terug te zien. Ik vroeg dan ook of ze er nog een foto van wilde maken, maar dat liet ze achterwegen.
Daar ging ik dan als een ware motormuis door het prachtige landschap dat Hue omringt. In dat natuurschoon rond de oude keizersstad bevinden zich diverse graftombes voor de overleden keizers en hun familie. Ik heb er twee bezocht. Het zijn echt prachtig gelegen grafmonumenten. Het is niet alleen een tombe, het is een heel resort gebouwd om die ene plek waar de crypte van die belangrijke persoon uit het verleden staat. Het mooiste aan dat alles vond ik dat er geen restauratiewerkzaamheden hebben plaatsgevonden om het allemaal te verfraaien. Vaak zijn gerestaureerde gebouwen, zoals bijvoorbeeld in Oezbekistan, te mooi. Zo mooi, dat je het gevoel van historische waarde niet goed weet in te schatten. Hier was het gevoel nog puur, en je voelde als het ware het belang van die ene persoon uit een ver verleden.
In de middag werd het tijd om wat Vietnamese loempia’s naar binnen te werken. Ik stopte zo’n 20 kilometer buiten Hue bij een lokaal, verlaten restaurant. Dat soort plekken zoek ik graag op. Je ontmoet dan vaak bijzondere mensen en je hebt geen last van vervelende verkopers. Een brommer is op zo’n moment een ideaal middel om te ontsnappen aan dat soort hinderlijke praktijken.
In het restaurant kwam de eigenaar bij me zitten en hij schonk, gratis, een kop thee voor me in. Beetje gebrekkig voerden we een gesprek dat over koetjes en kalfjes ging. Op een zeker moment kwam het gesprek uit op de vraag of ik een muziekinstrument kon bespelen. Ik vertelde dat ik een beetje gitaar kan spelen. Je raadt het al, er kwam een stuk hout met 6 snaren uit het magazijn en ik moest een stuk ten gehore brengen. Ik had in tijden niet gespeeld, dus het was best even wennen. Gelukkig was de gitaar zo vals als een kraai en kon ik dat als excuus opvoeren voor hetgene ik ten gehore bracht. Het was “Guus Meeuwis met “het is een nacht” dat ik hem liet horen. Beleefd applaudisseerde de man, maar of dat echt gemeend was?
Als tegenprestatie verwachtte ik natuurlijk dat de man ook een stuk muziek uit eigen land zou laten horen. Gelukkig waren zijn capaciteiten niet veel beter dan de mijne en zo kon ik met een gerust hart luisteren naar het stuk muziek dat hij produceerde. Het was al met al een gemoedelijk sfeertje en een prima manier om de tijd te doden terwijl het buiten regende.
Ik besloot dat het rond een uur of 18.00 genoeg was geweest op de brommer en ik reed dan ook terug naar het hotel in Hue. Ik leverde de brommer, zonder ook maar een krasje, in. De verhuurster was duidelijk opgelucht met het resultaat aan het einde van de dag.
’s Avonds besloot ik mijn laatste avondmaal te nuttigen in de keizerstad. Ik zat nog geen vijf minuten of de Australiër uit de trein kwam voorbij wandelen en vergezelde me bij het diner. Het was de tweede keer dat ik hem tegenkwam, maar zeker niet de laatste. We spraken die avond over Australië en dat ik daar over twee maanden ook acte de presence geef. Hij vond dat ik in Melbourne moest gaan werken. Daar zou het meeste werk te vinden zijn en het sociale leven optimaal. Zo ben ik al aardig wat Australiërs tegen het lijf gelopen, en ieder heeft weer een ander advies. Zo moest ik van een ander in Freemantle gaan werken en weer een ander vond dat ik in Adelaid het beste af zou zijn. Toch had ik over de 50-jarige man uit Down-Under tot nu toe het beste gevoel.
We namen afscheid en ik ging terug naar het hotel om me voor te bereiden op alweer een vertrek en alweer een plaats dichter bij de evenaar, Hoi An!
-
28 Mei 2011 - 12:07
Karin:
Leuk verhaal weer! Hoop dat je, je weg een beetje gevonden hebt in vietnam en kan ontsnappen aan het massatoerisme! Maar volgens mij lukt je dat nu goed op je brommertocht.
Groetjes!!!! -
28 Mei 2011 - 12:52
Arie:
lsv wij gaan een keer toeren je hebt nu geooefend op n brommer dus dan is de motor ook niet zo'n grote stap meer. Je heb al n keer achterop gezeten op de camping in Assen en toen moest ik steeds harder van jou dus
groeten -
29 Mei 2011 - 12:44
Pa:
Hoi Sander
Leuk dat je ook zo,n voertuig als een brommer zoals jij dat noemt onder controle hebt gekregen en dat je op deze manier erop uit kan trekken.
Ook leuk dat je verschillende Australiers bent tegengekomen die tips voor je hebben om straks je reis weer enigszinds terug te verdienen.
Het ga je goed en probeer je aan de snelheid te houden voor de veiligheid.
Als je terug komt mag je met de motor van Arie op pad las ik.
Groetjes Pa -
29 Mei 2011 - 17:59
Karin Schoonzus:
ben weer helemaal op de hoogte! Leuk om zo te lezen wat je allemaal beleeft. Hoop dat Vietnam je wat meer te bieden heeft dan alleen maar het massa toerisme maar jou kennende zul je dat wel opzoeken!
-
31 Mei 2011 - 15:41
Frank:
He Sander,
gaaf verhaal en ook leuk om op een brommer het land te verkennen. Je hebt dus voor de tweede keer op je reis "het is een nacht'" gespeeld, oefening baart kunst! Wie weet krijg je nog een keer die kans.
Groeten,
Frank
p.s. Ik heb mijn fotoboek afgerond, bijna 60 pagina's! Het heeft een paar uurtjes gekost maar dan heb je ook wat.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley